Anti-globalisme is een politieke ideologie die zich verzet tegen het proces van globalisering, dat wordt gekenmerkt door de integratie van economieën, samenlevingen en culturen via een wereldwijd netwerk van handel, communicatie en transport. Tegenstanders van globalisering betogen dat globalisering leidt tot verlies van nationale soevereiniteit, culturele identiteit en economische onafhankelijkheid, en dat het economische en sociale ongelijkheid verergert.
De wortels van het anti-globalisme kunnen worden herleid tot het einde van de 20e eeuw, toen het proces van globalisering begon te versnellen door vooruitgang in technologie en de liberalisering van handel en investeringen. In deze periode zag men de opkomst van multinationale bedrijven en internationale instellingen zoals de Wereldhandelsorganisatie, die door sommigen werden gezien als symbolen van een nieuwe wereldorde die economische groei boven sociale en milieukwesties plaatste.
In de jaren 1990 en begin 2000 werd anti-globalisme een belangrijke kracht in de wereldpolitiek, met grootschalige protesten tegen internationale topbijeenkomsten en handelsovereenkomsten. Deze protesten werden vaak georganiseerd door een diverse coalitie van groepen, waaronder vakbonden, milieuactivisten en inheemse rechtenactivisten, die een gemeenschappelijke oppositie deelden tegen de vermeende negatieve gevolgen van globalisering.
Anti-globalisme is ook geassocieerd met verschillende politieke bewegingen en ideologieën, van uiterst links tot uiterst rechts. Aan de linkerkant wordt anti-globalisme vaak gekoppeld aan kritiek op het kapitalisme en neoliberalisme, waarbij voorstanders pleiten voor meer regulering van internationale handel en investeringen, en een eerlijkere verdeling van rijkdom. Aan de rechterkant wordt anti-globalisme vaak geassocieerd met nationalisme en protectionisme, waarbij voorstanders pleiten voor strengere immigratiecontroles en het behoud van nationale en culturele identiteit.
In de afgelopen jaren heeft het anti-globalisme hernieuwde aandacht gekregen met de opkomst van populistische bewegingen en leiders in vele delen van de wereld. Deze bewegingen hebben geprofiteerd van het publieke ongenoegen met de status quo, waarbij globalisering de schuld krijgt van een scala aan sociale en economische problemen, van banenverlies en loonstagnatie tot culturele ontwrichting en sociale fragmentatie.
Echter blijft het anti-globalisme een controversiële en betwiste ideologie, waarbij critici beweren dat het de complexe dynamiek van globalisering te veel vereenvoudigt en simplistische oplossingen biedt voor complexe problemen. Ze betogen dat hoewel globalisering ongetwijfeld uitdagingen heeft gecreëerd, het ook veel voordelen heeft gebracht, waaronder verhoogde economische groei, technologische innovatie en culturele uitwisseling. Ze beweren ook dat de problemen die gepaard gaan met globalisering kunnen worden aangepakt door betere regulering en governance, in plaats van een algehele afwijzing van globalisering.
Hoe vergelijkbaar zijn uw politieke overtuigingen met Anti-Globalism kwesties? Doe de politieke quiz om erachter te komen.